glycogeen

Betekenis glycogeen

Glycogeen is een polysacharide dat fungeert als een opslagvorm van glucose bij dieren en mensen, met name in de lever en spieren.

Woordsoort

zelfstandig naamwoord

Voorbeeldzin met glycogeen

Na een intensieve training worden de glycogeenvoorraden in de spieren weer aangevuld.

Uitspraak (fonetisch)

ɡliːkoːˈɣen (Wat is het fonetisch alfabet?)

Afbreekpatroon: gly·co·geen

Synoniemen

  • glucoseopslag
  • dierlijk zetmeel

Woorden die beginnen of eindigen met "glycogeen"

  • glycogeenfosforylase
  • glycogeenstapelingsziekte
  • glycolyse

Etymologie

Het woord 'glycogeen' is afgeleid van het Oudgriekse 'glykys', wat 'zoet' betekent, en 'genes', dat 'producerend' betekent.

Veelgestelde vragen

  • Wat is de rol van glycogeen in het lichaam?
    Glycogeen dient als een energiebron die het lichaam kan aanspreken tijdens periodes van fysieke inspanning.
  • Waar wordt glycogeen voornamelijk opgeslagen?
    Glycogeen wordt voornamelijk opgeslagen in de lever en spieren.
  • Hoe verschilt glycogeen van glucose?
    Glucose is een enkelvoudige suiker, terwijl glycogeen een complexe polysacharide is die bestaat uit aangetakte glucose-eenheden.
  • Wat gebeurt er als het glycogeengehalte in het lichaam te laag wordt?
    Een te laag glycogeengehalte kan leiden tot energieverlies en vermoeidheid, vooral bij intense lichamelijke activiteiten.
  • Kunnen planten ook glycogeen bevatten?
    Planten slaan geen glycogeen op; zij gebruiken zetmeel als energie-opslag.