scheen
Betekenis scheen
Het onderste deel van het been, tussen de knie en de enkel, ook bekend als het scheenbeen.
Woordsoort
zelfstandig naamwoord
Voorbeeldzin met scheen
Hij had een blauwe plek op zijn scheen na de botsing.
Uitspraak (fonetisch)
ʃeːn (Wat is het fonetisch alfabet?)
Afbreekpatroon: scheen (geen afbreking mogelijk)
Synoniemen
- scheenbeen
- onderbeen
Woorden die beginnen of eindigen met "scheen"
- scheenbeen
- scheenvol
- voetscheen
Etymologie
Afkomstig vanuit het Middelnederlands 'scène', verwant aan het Oudhoogduitse 'scīna'.
Veelgestelde vragen
- Wat is de functie van het scheenbeen?
Het scheenbeen ondersteunt het gewicht van het lichaam en stabiliseert de beweging van het been. - Hoe kan men pijn in de scheen voorkomen?
Door goed schoeisel te dragen en te zorgen voor een correcte hardlooptechniek. - Wat is het verschil tussen een scheen en een kuit?
De scheen verwijst naar het voorste botgedeelte, terwijl de kuit naar de spier aan de achterkant van het been verwijst. - Wat te doen bij een gebroken scheen?
Zoek onmiddellijk medische hulp; gewoonlijk is immobilisatie of zelfs een operatie vereist. - Kan men sporten met een gezwollen scheen?
Het is raadzaam om eerst advies van een arts in te winnen, aangezien sporten het probleem kan verergeren.